5.1. Lesson: Afdruklay-out gebruiken¶
Nu u een kaart heeft, dient u in staat te zijn die af te drukken of het naar een document te exporteren. De reden daarvoor is dat een kaartbestand in GIS geen afbeelding is. Het slaat meer de status van het programma van GIS op, met verwijzingen naar alle lagen, hun labels, kleuren, etc. Dus voor iemand die niet de gegevens heeft of hetzelfde programma voor GIS (zoals QGIS), zal het kaartbestand nutteloos zijn. Gelukkig kan QGIS zijn kaartbestand exporteren naar een indeling die ieders computer kan lezen, als ook de kaart afdrukken als u met een printer verbonden bent. Zowel exporteren als afdrukken wordt afgehandeld via Afdruklay-out.
Het doel voor deze les: De Afdruklay-out van QGIS te gebruiken om een basiskaart te maken met alle vereiste instellingen.
5.1.1. Follow Along: Lay-out beheren¶
QGIS stelt u in staat meerdere kaarten te maken met behulp van hetzelfde kaartbestand. Om die reden heeft het een gereedschap genaamd Lay-out beheren.
Klik op het menuitem Lay-out beheren zien verschijnen.
om dit gereedschap te openen. U zult een blanco dialoogvenster voorKlik op de knop Toevoegen en geef de nieuwe lay-out de naam Swellendam.
Klik op OK.
Klik op de knop Tonen.
(U zou ook het dialoogvenster kunnen sluiten en navigeren naar een lay-out via de menu’s
, zoals in de afbeelding hieronder.)Welke route u ook neemt om er te komen, u zult nu het venster Afdruklay-out zien:
5.1.2. Follow Along: Compositie basiskaart¶
In dit voorbeeld was de lay-out al zoals we die wilden hebben. Zorg er voor dat die van u dat ook is.
Controleer, in het venster Afdruklay-out, dat de waarden onder zijn ingesteld op het volgende:
Grootte: A4 (210x297mm)
Oriëntatie: Liggend
Kwaliteit: 300dpi
Nu heeft u de lay-out van de pagina zoals u die wilt hebben, maar deze pagina is nog steeds blanco. Er ontbreekt duidelijk een kaart. Laten we dat repareren!
U zult, met dit gereedschap geactiveerd, in staat zijn een kaart op de pagina te plaatsen.
Klik en sleep een vak op de blanco pagina:
De kaart zal verschijnen op de pagina.
Verplaats de kaart door er op te klikken en rond te slepen:
Pas de grootte aan door op de vakken in de hoeken te klikken en te slepen:
Notitie
Uw kaart zou er natuurlijk heel anders uit kunnen zien! Dat is afhankelijk van hoe uw eigen project is opgezet. Maar geen zorgen! Deze instructies zijn algemeen, dus zij werken hetzelfde ongeacht hoe de kaart zelf eruit ziet.
Zorg er voor marges langs de randen te laten en een ruimte aan de bovenzijde voor een titel.
Zoom in en uit op de pagina (maar niet de kaart!) met behulp van deze knoppen:
Zoom en verschuif de kaart in het hoofdvenster van QGIS. U kunt ook de kaart verschuiven met behulp van het gereedschap Item inhoud verschuiven:
De weergave van de kaart zal bij het inzoomen zichzelf niet verversen. Dat is zo omdat het uw tijd niet verdoet met het hertekenen van de kaart terwijl u aan het zoomen bent op de pagina tot waar u wilt zijn, maar het betekent ook dat als u in- of uitzoomt, de kaart op de verkeerde resolutie zal staan en er lelijk of onleesbaar uitziet.
Forceer de kaart om te vernieuwen door te klikken op deze knop:
Onthoud dat de grootte en positie die u voor de kaart heeft opgegeven niet bindend hoeven te zijn. U kunt altijd terugkomen en het later wijzigen als u niet tevreden bent. Voor nu dient u zich er van te vergewissen dat u uw werk aan deze kaart heeft opgeslagen. U zult uw hoofdproject moeten opslaan, omdat een Afdruklay-out in QGIS deel uitmaakt van het hoofd-kaartbestand. Ga naar het hoofdvenster van QGIS (dat met het paneel Lagen en alle andere bekende elementen waar u eerder mee werkte), en sla uw project vanuit daar op zoals gewoonlijk.
5.1.3. Follow Along: Een titel toevoegen¶
Nu ziet uw kaart er op de pagina goed uit, maar uw lezers/gebruikers wordt nog niet verteld wat er gaande is. Zij hebben een soort context nodig, wat is wat u hen verschaft door middel van het toevoegen van kaartitems. Laten we eerst een titel toevoegen.
Klik op de pagina, boven de kaart, en een label zal boven de kaart verschijnen.
Pas de grootte aan en plaats het in het midden boven aan de pagina. Het kan op dezelfde manier worden aangepast en verplaatst als waarop de grootte van de kaart aanpaste en die verplaatste.
Als u de titel verplaatst, zult u merken dat er hulplijnen verschijnen om u te helpen de titel in het midden van de pagina te plaatsen.
Er is echter ook een gereedschap om u te helpen de titel relatief aan de kaart (niet de pagina) te plaatsen:
Klik op de kaart om die te selecteren.
Houdt Shift ingedrukt op uw toetsenbord en klik op het label zodat zowel de kaart als het label zijn geselecteerd.
Zoek naar de knop Links uitlijnen en klik op de pijl voor het keuzemenu daarnaast om de opties voor plaatsing weer te geven en klik op Midden uitlijnen:
Er voor zorgen dat u niet per ongeluk deze items verplaatst nu ze uitgelijnd zijn:
Klik met rechts op zowel de kaart als het label.
Een klein pictogram van een slot zal in de hoek verschijnen om aan te geven dat een item nu niet kan worden versleept. U kunt echter op elk moment weer met rechts op het item klikken om het los te maken.
Nu is het label gecentreerd aan de kaart, maar niet de inhoud ervan. De inhoud van het label centreren:
Selecteer het label door er op te klikken.
Klik op de tab Item-eigenschappen in het zijpaneel van het venster Afdruklay-out.
Wijzig de tekst van het label naar “Swellendam”:
Gebruik deze interface om het lettertype en de optie voor uitlijning in te stellen:
Kies een groot maar zinnig lettertype (het voorbeeld zal het standaard lettertype gebruiken met een grootte van 36) en stel Horizontaal in op Centreren.
U kunt ook de kleur van het lettertype wijzigen, maar het is waarschijnlijk het beste om die zwart te laten staan, zoals de standaard is.
De standaard instelling is om geen kader toe te voegen rondom het tekstvak van de titel. Als u echter een kader wilt toevoegen, kunt u dat zo doen:
Scroll, op de tab Item-eigenschappen, naar beneden tot u de optie Frame ziet.
Klik op het keuzevak Frame om het kader in te schakelen. U kunt ook de kleur en breedte van het kader wijzigen.
In dit voorbeeld zullen we het kader niet inschakelen, dus is dit tot dusverre onze pagina:
5.1.4. Follow Along: Een legenda toevoegen¶
De lezer van de kaart moet ook in staat zijn te zien welke verschillende dingen op de kaart eigenlijk betekenen. In sommige gevallen, zoals de plaatsnamen, is dit nogal duidelijk. In andere gevallen is het moeilijker te raden, zoals voor de kleuren van de boerderijen. Laten we een nieuwe legenda toevoegen.
5.1.5. Follow Along: Items voor legenda’s aanpassen¶
Niet alles op een legenda is noodzakelijk, dus laten we enkele niet gewenste items verwijderen.
Op de tab Item eigenschappen vindt u het paneel Legenda-items.
Selecteer het item buildings.
Verwijder het uit de legenda door te klikken op de knop min:
U kunt ook items hernoemen.
Selecteer een laag uit dezelfde lijst.
Hernoem de lagen naar Plaatsen, Wegen en straten, Oppervlaktewater, en Rivieren.
Stel landuse in op Verborgen, en klik dan op de pijl naar beneden en bewerk elke categorie om ze op de legenda te benoemen. U kunt de items ook opnieuw schikken:
De legenda zal waarschijnlijk breder worden door de nieuwe namen voor de lagen, dus u wilt misschien de legenda en of de kaart verplaatsen. Dit is het resultaat:
5.1.6. Follow Along: Uw kaart exporteren¶
Notitie
Heeft u onthouden om uw werk regelmatig op te slaan?
Tenslotte is de kaart gereed om te worden geëxporteerd! U zult de knoppen voor exporteren zien in de linkerbovenhoek van het venster Afdruklay-out:
De knop links is de knop Afdrukken, die verbonden is met een printer. Omdat de opties voor de printer zullen verschillen, afhankelijk van het model printer waarmee u werkt, is het waarschijnlijk beter om de handleiding van de printer of een algemene gids over afdrukken te raadplegen voor meer informatie over dit onderwerp.
De andere drie knoppen stellen u in staat de kaart te exporteren naar een bestand. Er zijn voor het exporteren drie indelingen om uit te kiezen:
Exporteren als afbeelding
Exporteren als SVG
Exporteren als PDF
Exporteren als een afbeelding zal u een selectie van verschillende algemene indelingen voor afbeeldingen geven om uit te kiezen. Dit is waarschijnlijk de eenvoudigste optie, maar de afbeelding die het maakt is “dood” en moeilijk te bewerken.
De twee andere opties zijn meer algemeen.
Als u uw kaart stuurt naar een cartograaf (die de kaart misschien vóór publicatie wil bewerken), is het het beste om als een SVG te exporteren. SVG staat voor “Scalable Vector Graphic” en kan worden geïmporteerd in programma’s als Inkscape of andere software voor het bewerken van vector-afbeeldingen.
Als u de kaart naar een cliënt moet sturen, is het het meest voorkomend om een PDF te gebruiken, omdat het eenvoudiger is om afdrukopties voor een PDF in te stellen. Sommige cartografen zouden ook PDF kunnen prefereren, als zij een programma hebben dat hen in staat stelt deze indeling te importeren en te bewerken.
Voor onze doeleinden gaan we een PDF gebruiken.
5.1.7. In Conclusion¶
Sluit het venster Afdruklay-out.
Sla uw kaart op.
Zoek naar uw geëxporteerde PDF met behulp van het systeem voor bestandsbeheer van uw besturingssysteem.
Open het.
Geniet van zijn glans.
Gefeliciteerd met uw eerste voltooide kaartproject van QGIS!
5.1.8. What’s Next?¶
Op de volgende pagina zal u een opdracht worden gegeven om uit te voeren. Die zal u in staat stellen de technieken die u tot nu heeft geleerd in praktijk te brengen.