De plug-in Road graph is een C++ plug-in voor QGIS die de kortste route tussen twee punten berekent over een lijnlaag en vervolgens deze route over het netwerk heen tekent.
Figure Road Graph 1:
Belangrijkste functies
Berekent de lengte van het pad en de reistijd.
De route kan worden geoptimaliseerd op basis van lengte of reistijd.
Exporteert het pad naar een vectorlaag.
Markeert de richtingen van de wegen (dit is traag en wordt voornamelijk gebruikt om fouten op te sporen en om te testen)
Als laag voor het transportnet kan elke door QGIS ondersteunde type lijnlaag worden gebruikt. Twee lijnen met een gemeenschappelijk punt worden verondersteld onderling verbonden te zijn. Hou er tijdens het bewerken van het transportnet rekening mee dat het CRS van de laag gelijk is aan het CRS van het project. Dit omdat bij een verschillend CRS er bij het uitvoeren van de herberekening van coördinaten fouten kunnen ontstaan zodat het netwerk niet meer goed verbonden is, zelfs wanneer ‘snappen’ wordt gebruikt.
In de attributentabel van de laag kunnen de volgende velden worden gebruikt:
Snelheidsveld in de transportlaag (numeriek veld).
Richtingsveld (elk type dat omgezet kan worden naar tekst waarmee je de richting aan kunt geven). Je kunt waarden instellen die overeenkomen met een voorwaardse en achterwaartse (omgekeerde) richting voor eenrichtingswegen, of een waarde voor beide richtingen om wegen aan te geven waar tweerichtingsverkeer mogelijk is.
Wanneer in sommige velden geen waarde is ingevuld of niet bestaan, zullen standaardwaarden worden gebruikt. Men kan de standaardwaarden en enkele instellingen voor de plug-in wijzigen via het dialoogvenster Instellingen voor Road graph.
Na het opstarten van de plug-in verschijnt een nieuw paneel aan de linkerkant van het venster van QGIS. Vul daarna de gegevens in door middel van het dialoogvenster Instellingen voor ‘Road graph’ in het menu Vector ‣ Road Graph (zie figure_road_graph_2).
Figure Road Graph 2:
Na het invullen van de :guilabel: ‘Tijdseenheid’, :guilabel: ‘Afstandseenheid’ en :guilabel: ‘Topologie tolerantie’ kan men de te gebruiken vectorlaag kiezen in het tabblad :guilabel: ‘Transport laag’. Daar kan men ook het Richtingsveld en het Snelheidsveld kiezen. In het tabblad Standaardinstellingen kan de standaard Richting worden gegeven voor de berekening.
Tenslotte kan via het paneel Kortste pad het start- en stoppunt worden ingevoerd in de laag met de paden. Klik vervolgens op [Bereken].