Het gebruiken van de gevectoriseerde resultaten van de rasteranalyse stelt u in staat alleen die gebouwen te selecteren die op geschikt terrein staan.
Het doel voor deze les: De gevectoriseerde terreinresultaten gebruiken om geschikte bouwplaatsen te selecteren.
Sla uw huidige kaart op (raster_analysis.qgs).
Open de kaart waarin eerder de vectoranalyse is uitgevoerd (analysis.qgs).
Schakel, in de Lagenlijst, deze lagen in:
solution (of buildings_over_100)
In aanvulling op deze lagen, die al in de kaart zouden moeten zijn geladen van toen u daarin nog werkte, voeg ook de gegevensset suitable_terrain.shp toe.
Als u enkele lagen mist zou u ze moeten vinden in exercise_data/residential_development/
U zou nu een laag moeten hebben die bepaalde gebouwen als uw oplossing laat zien, bijvoorbeeld:
Notitie
Als u merkt dat het gereedschap Intersectie geen resultaten produceert, controleer dan de instellingen voor het CRS voor elk van uw lagen. Het CRS moet hetzelfde zijn voor beide lagen die u vergelijkt. U moet misschien de ene laag opnieuw projecteren door de laag op te slaan als een nieuwe shapefile met het vereiste CRS. In ons voorbeeld werd de laag suitable_terrain opnieuw geprojecteerd naar WGS 84 / UTM 34S en suitable_terrain_34S genoemd.
Kijk naar elk gebouw in uw laag new_solution. Vergelijk ze met de laag suitable_terrain door de symbologie voor de laag new_solution te veranderen zodat het alleen de omtrekken heeft. Wat valt u op aan sommige gebouwen? Zijn zij alleen geschikt omdat zij kruisen met de laag suitable_terrain? Waarom wel of waarom niet? Welke zou u beoordelen als ongeschikt?
U kunt uit de resultaten aflezen dat sommig gebouwen die werden opgenomen niet echt geschikt waren, dus kunnen we nu de analyse verfijnen.
We willen er zeker van zijn dat onze analyse alleen die gebouwen oplevert die geheel binnen de laag suitable_terrain vallen. Hoe zou u dit bereiken? Gebruik één of meer gereedschappen voor Vectoranalyse en onthoud dat onze gebouwen allemaal groter zijn dan 100m:sup:‘2’.
U heeft nu de originele onderzoeksvraag beantwoord, en kunt een mening bieden (met redenen omkleed, geruggesteund door de analyses) voor een aanbeveling met betrekking tot welk gedeelte te ontwikkelen.
Vervolgens zult u deze resultaten presenteren als deel van uw tweede opdracht.